1 Gij kinderen, zijt uw ouderen gehoorzaam in den Heere; want dat is recht. 2 Eert uw vader en moeder (hetwelk het eerste gebod is met een belofte), 3 Opdat het u welga, en dat gij lang leeft op de aarde. 4 En gij vaders, verwekt uw kinderen niet tot toorn, maar voedt hen op in de lering en vermaning des Heeren.