46 En er rees een overlegging onder hen, namelijk, wie van hen de meeste ware. 47 Maar Jezus, ziende de overleggingen hunner harten, nam een kindeken, en stelde dat bij Zich; 48 En zeide tot hen: Zo wie dit kindeken ontvangen zal in Mijn Naam, die ontvangt Mij; en zo wie Mij ontvangen zal, ontvangt Hem, Die Mij gezonden heeft. Want die de minste onder u allen is, die zal groot zijn.